Dakloos
hij schudt
doorweekt karton
en uitgelezen kranten
tot een hoopje ellende
waarin hij straks
zijn dromen telt
tussen beschimmelde dekens
verdringt de weeƫ lucht van zweet
zijn ongewassen luiheid
als straks de nacht
zijn armen leent en
duisternis zijn toevlucht wordt
zet hij zijn dromen op de stoep
en laat zijn vreugde vrije loop
terwijl een laatste slok
zijn hart verwarmt
© 03-12-2005
Geen opmerkingen:
Een reactie posten